VAN RAVESTEYN &
VAN DER WEE
notariskantoor
Dossiernummer:2004.002642.01
Oprichting stichting
Heden, 17 januari
twee duizend vijf, verschijnt voor mij, Meester Michiel George van Ravesteyn,
notaris, gevestigd te Rotterdam:
Drs Ir Willem Frank
de Kovel, wonende te Rotterdam, Crooswijksebocht 23, geboren te Streefkerk op
elf juli negentienhonderd acht en veertig ongehuwd en niet geregistreerd als
partner in de zin van het geregistreerd partnerschap;
van wie de
identiteit door mij notaris is vastgesteld aan de hand van een geldig
Nederlands rijbewijs, nummer 3161819204, afgegeven te Rotterdam op zestien juli
negentienhonderd negen en negentig.
VERKLARING VAN
OPRICHTING; STATUTEN.
De comparant
verklaart:
- De comparant richt bij deze een stichting
op;
hierna: "de stichting";
- De stichting wordt geregeerd door de
volgende:
S T A T U T E N
NAAM EN ZETEL.
Artikel 1.
1. De stichting draagt de naam: Stichting
Federatie Bewonerscomités Nieuw Crooswijk.
(Verkorte naam van de stichting:
Stichting FBNC)
2. De stichting is gevestigd te Rotterdam.
DOEL EN MIDDELEN.
Artikel 2.
1. De stichting heeft ten doel:
- het behartigen van de belangen van de
bewoners van huurwoningen in de wijk Nieuw Crooswijk te Rotterdam die thans in
het bezit zijn van het Woningbedrijf Rotterdam dan wel van haar rechtsopvolger
in de eigendom in het bijzonder in verband met de voorgenomen herstructurering
van Nieuw Crooswijk alsmede het in het algemeen behartigen van de belangen van
de bewoners van Nieuw Crooswijk;
- het bevorderen van het
sociaal-culturele leefklimaat in de wijk Nieuw Crooswijk in de ruimste zin van
het woord;
- de bescherming van het cultureel erfgoed in Nieuw
Crooswijk met name waar het gaat om het behouden van panden met
architectonische of bouwhistorische waarde.
2. De stichting tracht dit doel te bereiken
door uitsluitend wettige middelen, zoals:
a. het
aan huurders en bewoners van de wijk Nieuw Crooswijk die zich met dit doel
willen bezig houden bieden van mogelijkheden om zich te organiseren;
b. het
samenwerken met andere instellingen of organisaties;
c. het
geven van voorlichting en informatie;
d.
het houden van bijeenkomsten;
e.
het opkomen voor de belangen van de huurders en bewoners in voormeld
gebied waaronder het voeren van juridische procedures;
f.
alle andere middelen die ter verwezenlijking van het doel bevorderlijk zijn.
3. De stichting beoogt niet het behalen van
winst.
4. De stichting heeft niet ten doel het doen
van uitkering(en) aan haar oprichter(s) en/of aan haar bestuurder(s) en/of aan
eventuele medewerkende(n) en/of aan een of meer anderen, die van een orgaan van
de stichting deel uitmaken of bij de stichting enig belang hebben.
DUUR.
Artikel 3.
De stichting duurt
onbepaalde tijd voort.
BESTUUR.
Artikel 4.
1. Het bestuur is belast met het besturen van
de stichting.
2. Het bestuur bestaat uit een door de
vergadering van deelnemers te benoemen – bij voorkeur oneven- aantal van ten minste drie en ten hoogste
negen personen.
3a. De leden van het bestuur der stichting worden
benoemd door het bestuur.
b. Zowel het bestuur als de vergadering van
deelnemers zijn bevoegd een deelnemer voor te dragen tot lid van het bestuur.
c. Een voordracht door de vergadering van
deelnemers dient vergezeld te zijn van schriftelijke verklaringen van tenminste
vijftig deelnemers dat zij de voordracht ondersteunen en moet minimaal twee
weken voorafgaand aan de vergadering van deelnemers aan het bestuur worden
overhandigd.
d. De vergadering van deelnemers besluit
welke voorgedragen deelnemer de steun heeft van de vergadering van deelnemers
die daardoor wordt aangemerkt als kandidaat-bestuurslid.
e. Het bestuur kan de benoeming van een
voorgedragen kandidaat-bestuurslid uitsluitend weigeren op grond van gegronde
bezwaren welke gemotiveerd aan de vergadering van deelnemers dienen te worden
voorgelegd. Een besluit daartoe kan slechts
worden genomen met algemene stemmen in een vergadering van het bestuur waarin
alle bestuurders aanwezig zijn.
4. Onmiddellijk na het ontstaan van een vacature
in het bestuur draagt het bestuur er zorg voor, dat de deelnemers der stichting
als bedoeld in artikel 9 van haar statuten van het bestaan van die vacature
kennis kunnen nemen.
5. Ingeval ten aanzien van een vacature in het
bestuur der stichting niet binnen drie maanden na het ontstaan daarvan van het
daar bedoelde recht tot voordracht als bedoeld in lid 3 en sub 4 van dit
artikel gebruik is gemaakt, is het bestuur –nadat deze termijn van drie maanden
verlopen is zelf bevoegd, om in de desbetreffende vacature te voorzien zonder
dat daartoe enige voordracht is opgesteld.
6. Ieder lid van het bestuur der stichting kan
worden geschorst en worden ontslagen door het bestuur der stichting krachtens
een door haar met gewone meerderheid van stemmen genomen besluit, onverminderd
de gelding van het bepaalde in de leden 8 en 9 van dit artikel. Ten aanzien van
een besluit tot schorsing of ontslag als hier bedoeld heeft het lid, wiens
schorsing of ontslag wordt voorgesteld, geen stemrecht.
7. De vergadering van deelnemers heeft het
recht, om ten aanzien van ieder lid van het bestuur, het bestuur te verzoeken
om tot ontslag van dat lid over te gaan.
8. Elk verzoek tot ontslag als in lid 7 van dit
artikel bedoeld wordt schriftelijk bij het bestuur der stichting ingediend.
Aan de beraadslaging en besluitvorming
door het bestuur ten aanzien van een verzoek als hier bedoeld neemt het
desbetreffende lid geen deel.
Het bestuur der stichting deelt
onmiddellijk na ontvangst van een verzoek als hier bedoeld schriftelijk aan het
desbetreffende lid mede, dat ten aanzien van hem een verzoek tot zijn ontslag
is ingekomen en vermeldt daarbij, dat het desbetreffende lid het recht heeft,
om binnen vier weken na datum postmerk van die mededeling aan het bestuur door
middel een aan haar gericht schrijven te berichten, dat hij terzake van bedoeld
verzoek tot ontslag door het bestuur wenst te worden gehoord.
Maakt het desbetreffende lid van zijn
hier bedoelde recht gebruik, dan zal hij binnen twee maanden na vorenbedoelde
datum postmerk, na tijdige en behoorlijke schriftelijke uitnodiging daartoe
door het bestuur der stichting, door het bestuur terzake worden gehoord.
Binnen vier weken na de datum, waarop het
desbetreffende lid door het bestuur is gehoord, dan wel binnen acht weken na vorenbedoelde
datum postmerk, deelt het bestuur der stichting aan de verzoeker haar besluit
terzake schriftelijk mede. Ingeval het bestuur heeft besloten om niet tot het
verzocht ontslag over te gaan, vermeldt die mededeling de inhoudelijke gronden,
waarop het bestuur van ontslag heeft afgezien.
9. Van het bestuur treedt ieder jaar minstens
een der zitting hebbende leden af, volgens een door het bestuur op te maken
rooster.
Volgens rooster aftredende leden zijn
terstond opnieuw benoembaar.
10. In een tussentijds ontstane vacature wordt zo
spoedig mogelijk voorzien, zulks met inachtneming van het bepaalde in lid 3 van
dit artikel.
Degene, die in zo een vacature wordt
benoemd, treedt af op het tijdstip, waarop degene, in wiens plaats hij is
benoemd, zou zijn afgetreden.
11. Indien minstens twee leden in functie zijn,
blijft het bestuur der stichting volledig samengesteld en volledig bevoegd.
Indien er slechts een lid in functie is, is deze tot niets anders bevoegd dan
tot het benoemen van een of meer leden van het bestuur, onverminderd echter
zijn bevoegdheid, om ontslag te nemen.
12. Een lid defungeert:
a. bij
zijn overlijden;
b. bij
periodieke aftreding;
c. indien
hij het vrije beheer of de vrije beschikking over zijn vermogen of over een
gedeelte daarvan verliest;
d. indien
hij wordt ontslagen –al dan niet op eigen verzoek- door de overige leden, voor
wat betreft ontslag, anders dan op eigen verzoek, met inachtneming van het
daaromtrent in de statuten der stichting bepaalde; en
e. door
toepassing te zijnen aanzien van Artikel 298 lid 1 Boek 2 van het Burgerlijk
Wetboek.
13. Een lid van het bestuur kan ten laste van de
geldmiddelen en het overig vermogen der stichting niets, noch als
tegenprestatie voor ten behoeve van de stichting verrichte werkzaamheden of
voor haar verrichte werkzaamheden of voor haar verrichte diensten, noch
anderszins –in welke vorm, onder welke naam of krachtens welke titel ook-
anders ontvangen dan –eventueel- een redelijke vergoeding van de door hem in de
uitoefening van zijn bestuurstaak gemaakte onkosten.
Aan het bestuur der stichting kan slechts
rechtsgeldig vergoeding worden toegekend van die onkosten, welke blijken uit
door hem aan het bestuur der stichting overgelegde bescheiden.
Onverminderd het bepaalde in de vorige
volzin kunnen door hem gemaakt onkosten aan het bestuur slechts worden vergoed
krachtens een door het bestuur daartoe genomen besluit, zulks tenzij het
betreft onkosten, die zijn gemaakt in opdracht van het bestuur en van welke
opdracht blijkt uit notulen van een vergadering van het bestuur, dan wel uit
een schriftelijk stuk.
Artikel
5.
1. Het bestuur kiest uit zijn midden een
penningmeester, een voorzitter en een secretaris. De functies van secretaris en
penningmeester kunnen gecombineerd worden in een persoon. De secretaris is
tevens plaatsvervangend voorzitter.
2. Het bestuur stelt zelf zijn werkwijze vast,
maar neemt daarbij de inhoud van de statuten in acht.
3. Het bestuur is bevoegd tot het sluiten van
de overeenkomsten die zijn omschreven in Artikel 291 van Boek 2 van het
Burgerlijk Wetboek.
4. Het bestuur der stichting houdt een
register, waarin de namen en adressen van alle deelnemers, als bedoeld in
artikel 9 der statuten, zijn opgenomen. Het register wordt regelmatig
bijgehouden.
VERTEGENWOORDIGING.
Artikel 6.
1. De stichting wordt in en buiten rechte
vertegenwoordigd door het bestuur dan wel door twee gezamenlijk handelende
leden van het bestuur.
2. Het bestuur kan aan een bestuurslid of aan
anderen volmacht geven om de stichting in en buiten rechte te vertegenwoordigen
binnen de in die volmacht omschreven grenzen.
VERGADERINGEN.
Artikel 7.
1. Het bestuur vergadert zo dikwijls minstens
twee van de leden van het bestuur dit nodig achten –op uitnodiging der
desbetreffende leden-, doch in elk geval vier maal per jaar.
2. De vergaderingen van het bestuur worden
geleid door degene die daartoe door de vergadering wordt aangewezen.
3. Ieder lid heeft één stem. Blanco stemmen en
ongeldige stemmen worden geacht niet uitgebracht te zijn.
Een lid kan zich in de vergadering niet
laten vertegenwoordigen.
4. Alle besluiten in vergadering worden genomen
met gewone meerderheid van stemmen, tenzij in de statuten der stichting het
tegendeel uitdrukkelijk is bepaald.
5. Bij staken van stemmen wordt het voorstel
geacht te zijn verworpen.
6. Rechtsgeldige besluiten kunnen alleen worden
genomen, indien ter vergadering ten minste de helft plus een van het aantal
leden van het bestuur aanwezig is.
7. Indien geen besluiten kunnen worden genomen,
omdat niet aan het bepaalde in lid 6 van dit artikel is voldaan, kunnen in een
tweede vergadering van het bestuur, welke binnen dertig dagen, doch niet eerder
dan veertien dagen, na de dag der eerste vergadering moet worden gehouden,
ongeacht het aantal aanwezige leden, over de onderwerpen van de eerste
vergadering rechtsgeldige besluiten worden genomen, mits bij de oproepingen
voor die tweede vergadering die onderwerpen zijn vermeld.
Artikel 8.
1. Van alle vergaderingen van het bestuur
worden notulen gehouden.
De notulen worden na de vaststelling
ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de vergadering.
2. Het bestuur kan ook schriftelijk of
telegrafisch of per e-mail buiten vergadering worden geraadpleegd, mits alle
leden zich op een van deze wijzen over het voorstel uitspreken en bovendien
geen van de leden tegen besluitvorming op deze wijze bezwaar heeft gemaakt.
Het bepaalde in artikel 7 van de statuten
is zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing. Deze besluiten worden in de
eerstvolgende vergadering genotuleerd.
DEELNEMERS
Artikel
9.
Een deelnemer der
stichting is een meerderjarige bewoner van een woning die thans eigendom is van
het Woning Bedrijf Rotterdam dan wel van haar rechtsopvolger in de eigendom en
gelegen is in Nieuw Crooswijk en die –na aanmelding als zodanig bij het bestuur
der stichting- door het bestuur der stichting als deelnemer der stichting is
toegelaten. Het aantal deelnemers is onbeperkt.
VERGADERING VAN
DEELNEMERS.
Artikel 10.
1. Het bestuur roept de deelnemersvergadering
bijeen zo vaak als gewenst is, of op verzoek van minstens de helft of vijf
deelnemers en in elk geval minimaal een keer per jaar.
Van vergaderingen van deelnemers worden
notulen en/of besluitenlijsten gemaakt en aan de deelnemers verstrekt.
2. Alle besluiten door de vergadering van deelnemers
worden genomen met gewone meerderheid der geldig uitgebrachte stemmen.
3. Besluiten
van de vergadering van de deelnemers met betrekking tot benoemingen moeten
worden genomen in een vergadering waarbij tenminste vijftig deelnemers aanwezig
zijn. De voorzitter kan een stem uitbrengen. Is het eerdergenoemde aantal leden
niet aanwezig, dan wordt meteen een nieuwe vergadering uitgeroepen. In deze
vergadering kan ongeacht het aantal aanwezige leden over het desbetreffende
voorstel worden besloten, echter niet anders dan met een meerderheid van
tenminste tweederde van de uitgebrachte stemmen.
RECHTEN
EN VERPLICHTINGEN VAN DEELNEMERS.
Artikel
11.
1. Iedere deelnemer der stichting is verplicht,
om er voor zorg te dragen, dat zijn juiste adres te allen tijde bij de
stichting bekend is.
Ten aanzien van de stichting geldt
uitsluitend het in het register van deelnemers als bedoeld in artikel 5 lid 4
vermelde adres, ook voor wat betreft het oproepen van vergaderingen.
2. Een rechtspersoon kan deelnemer zijn. In dat
geval dient de
rechtspersoon een continue
vertegenwoordiger af te
vaardigen.
4. Het bestuur is gebonden aan de besluiten van
de deelnemersvergadering voor zover deze passen binnen het kader van de
uitvoering van de bestuurlijke taken en binnen de doelstelling van de
stichting.
5. De deelnemersvergadering, kan bepalen, dat
de deelnemers bij toetreding een entreegeld en/of inschrijfgeld zullen voldoen
en kan voorts een reguliere bijdrage aan de deelnemers opleggen.
6. Voorts heeft iedere deelnemer de rechten en
verplichtingen, welke voor hem voortvloeien uit een of meer door de vergadering
van deelnemers voor de deelnemers vastgestelde reglementen.
SYMPATHISANTEN.
Artikel
12.
Sympathisanten der
stichting zijn meerderjarige personen niet zijnde deelnemers, die na hun
aanmelding als sympathisant door het bestuur als sympathisant der stichting
zijn erkend. Zij hebben het recht de vergaderingen van deelnemers te bezoeken
en hebben daarin een adviserende stem.
PROJECTGROEPEN.
Artikel 13.
1. Elke vaste projectgroep van de stichting
houdt zich in het bijzonder bezig met een elementair onderdeel van de
werkzaamheden van de stichting.
2. Bij besluit kan de vergadering van
deelnemers een of meer vaste projectgroepen binnen de stichting in het leven
roepen.
De taak van elke zodanige vaste
projectgroep wordt bij het desbetreffende besluit aangegeven.
3. Elke projectgroep verricht haar taken binnen
het kader van een begroting voor die projectgroep, vastgesteld door de
deelnemersvergadering.
4. De wijze van besluitvorming binnen een
projectgroep wordt door die projectgroep vastgesteld.
RAAD VAN
ADVIES.
Artikel 14.
1. De stichting
kan zich bij de uitoefening van haar taak terzijde laten staan door een raad
van advies.
2. De raad van
advies bestaat uit drie personen.
3. De leden van de
raad van advies worden benoemd en ontslagen door de vergadering van deelnemers.
4. Artikel 4 lid
10 is op de leden der raad van advies van overeenkomstige toepassing.
5. De leden der
raad van advies benoemen uit hun midden een voorzitter en ‑ al dan niet
uit hun midden ‑ een secretaris. Zij vergaderen zo dikwijls minstens een
hunner dit wenselijk acht.
6. Een
afvaardiging van de deelnemersvergadering neemt na overleg of op verzoek deel
aan de vergadering van de Raad van Advies.
Artikel 15.
1. De Raad van
Advies adviseert de stichting inzake het door haar in die stichting te voeren
beleid, indien de stichting daarom verzoekt of de raad zulks wenselijk acht.
2. De Raad van
Advies kan aanbevelingen doen.
De inhoud van
deze aanbevelingen wordt door het bestuur zoveel mogelijk in het te voeren
beleid verwerkt.
3. Het bestuur
draagt er zorg voor dat de Raad van Advies over de voor hen relevante
informatie kan beschikken.
GELDMIDDELEN.
Artikel
16.
De
geldmiddelen van de stichting bestaan uit:
- wat wordt verkregen krachtens erfstelling,
legaat of schenking;
- bijdragen in geld, van welke aard ook, al
dan niet vrijwillig;
- subsidies, renten en andere baten.
BOEKJAAR.
Artikel 17.
1. Het boekjaar van de stichting is gelijk aan
het kalenderjaar.
2. Elk jaar per een en dertig december worden
de boeken van de stichting afgesloten.
3. Jaarlijks, binnen zes maanden na afloop van
het boekjaar, maakt het bestuur een balans op betreffende het kapitaal van de
stichting en ook een staat van baten en lasten betreffende de inkomsten en
uitgaven van de stichting over het afgelopen boekjaar en stelt hij een en ander
op papier. Deze stukken dienen te worden voorgelegd aan de vergadering van
deelnemers en door deze te worden goedgekeurd.
4. Het bestuur kan slechts expliciet en bij
afzonderlijk besluit decharge verlenen aan de penningmeester voor zijn
financiële beheer over het desbetreffende boekjaar. Vaststelling door het
bestuur en goedkeuring door de vergadering van deelnemers ‑desgewenst na
controle door een (register‑) accountant- van de stukken zoals bedoeld in
lid 3 van dit artikel strekt de penningmeester derhalve niet automatisch tot
décharge voor zijn financiële beheer over het desbetreffende boekjaar.
STATUTENWIJZIGING;
FUSIE; SPLITSING; ONTBINDING.
Artikel 18.
1. Elk besluit tot wijziging (aanvulling
daaronder mede begrepen) van de statuten, tot het aangaan van een fusie en tot
het aangaan van een splitsing, beide zoals bedoeld in Boek 2 van het Burgerlijk
Wetboek, waarbij de stichting betrokken is en tot ontbinding van de stichting
kan slechts worden genomen in een vergadering van deelnemers die voor dat doel
speciaal ‑schriftelijk‑ wordt bijeen geroepen en waarin alle leden
aanwezig zijn, en uitsluitend met een meerderheid van ten minste twee/derden van
de uitgebrachte stemmen. Voorts behoeft een dergelijk besluit de voorafgaande
schriftelijke goedkeuring van de vergadering van deelnemers. Een dergelijk
besluit kan worden genomen met tenminste tweederde van de uitgebrachte stemmen.
2. Als in een hier bedoelde vergadering niet
alle leden aanwezig zijn, wordt tussen de veertiende en de een en dertigste dag
daarna opnieuw een vergadering gehouden. Daarin kan ongeacht het aantal
aanwezige leden over het desbetreffende voorstel worden besloten, echter niet anders
dan met een meerderheid van ten minste twee/derden van de uitgebrachte stemmen.
3. Geen wijziging van de statuten is van kracht
dan nadat deze is opgenomen in een notariële akte.
Tot ondertekening van die akte is ieder
lid van het bestuur afzonderlijk en zelfstandig bevoegd.
4. Ingeval van ontbinding door besluit van het
bestuur treden de leden als vereffenaars van het vermogen van de ontbonden
stichting op; maar het bestuur kan een of meer andere vereffenaars aanwijzen.
5. Tijdens de periode van vereffening blijven
de statuten zo veel mogelijk van kracht.
6. Een eventueel batig saldo na vereffening
wordt door het bestuur bestemd voor een of meer doelen die volgens de
deelnemersvergadering het meest aan het doel van de stichting nabij komen.
HUISHOUDELIJK
REGLEMENT.
Artikel 19.
Het bestuur kan een
huishoudelijk reglement en een of meer andere reglementen vast stellen en
daarin alles regelen waarvan volgens het bestuur nadere regeling nodig is.
Een reglement mag
niets bepalen in strijd met de Wet en/of met de statuten.
ONVOORZIENE GEVALLEN.
Artikel 20.
In alle gevallen
waarin de Wet, de statuten en ook de reglementen van de stichting niet
voorzien, beslist de vergadering van deelnemers.
BENOEMING EERSTE
LEDEN VAN HET BESTUUR.
Ten slotte verklaart
de comparant:
- Voor het eerst -en wel bij deze akte-
worden tot leden van het bestuur van de stichting benoemd:
- als
VOORZITTER:
Maria Iréne Johanna Anna Josepha
Kortmann, wonende te Rotterdam, Exercitiestraat 15-A, geboren te Zoeterwoude op
zestien maart negentienhonderd en zeventig;
- als
SECRETARIS:
Willem Frank de Kovel, voornoemd;
- als
PENNINGMEESTER:
Hendrika Adriana Koedam, wonende
te Rotterdam, Rusthoflaan 34-C, geboren te Rotterdam op elf augustus
negentienhonderd en acht en vijftig.
De
comparant is mij, notaris, bekend.
WAARVAN AKTE,
in minuut is
verleden te Rotterdam op de datum in het hoofd dezer akte vermeld.
Na zakelijke opgave
van en het geven van een toelichting op de inhoud van deze akte aan de
verschenen persoon, heeft deze verklaard van de inhoud van deze akte te hebben
kennisgenomen en op volledige voorlezing daarvan geen prijs te stellen.
Vervolgens is deze
akte na beperkte voorlezing door de comparant en mij, notaris, ondertekend, en
zijn alle pagina’s van deze akte door mij, notaris, van een paraaf voorzien.